Nieuws

Samen voorstander open verbinding tussen landschappen Eemvallei en Arhemheen

Het bestuur van de stichting ‘Behoud de Eemvallei’ bezocht een bijeenkomst van de Natuur en Milieufederatie Utrecht over het Ontwerp-Streekplan van de Provincie Utrecht. Joris Hogenboom, adjunct directeur van de milieufederatie die nauw betrokken in het vooroverleg over het Ontwerp-Streekplan vindt, evenals de stichting, dat de waardevolle openheid tussen de Eemvallei en Arkemheen, die reeds wordt aangetast door lintbebouwing en het bedrijf Polynorm te Bunschoten, zo veel mogelijk in stand moet blijven en daarom wijzen zowel de stichting als de NMU de uitbreiding van het bedrijventerrein Bunschoten Zuid af. Zo’n uitbreiding is in strijd met streven tot behoud van een open verbinding tussen de open landschappen van het Eemland en Arkemheen. Onderstaand leest u onze toelichting van de stichting.

In de 5e Nota (concept-oud) lezen wij t.a.v. de Eemvallei de volgende kwalificaties.
In het kader van de cultuurhistorische waarden is Polder Arkemheen en het gebied ten Oosten van Nijkerk (nabij Putten/Ermelo) aangewezen als ‘Belvedèregebieden’.

De Eemvallei ligt op de rand van de nog nader te bepalen grens van het Groene Hart. De Eemvallei is specifiek aangeduid als ‘zeer open gebied’. De gebieden ten noorden van Eemnes en polder Arkemheen aangrenzend aan het randmeer maken onderdeel uit van Vogelrichtlijngebieden. Het gebied ten noorden van Eemnes, de polders ten noorden van Soest, en polder Arkemheen, vormen tevens ‘de bruto begrenzing van de Ecologische Hoofdstructuur’ (o.a. Veluwe en.Utrechtse Heuvelrug). De Eemvallei bevindt zich in een gebied dat is aangewezen als ‘verbeteren ruimtelijke kwaliteit concentratie gebieden intensieve veehouderij (transformeren, verbeteren landschap, en leefbaarheid). De in of aan de rand van de Eemvallei gelegen plaatsen liggen in een gebied dat is aangeduid als ’te beschermen en ontwikkelen (bijzondere kwaliteiten), natuur, landschap en cultuurhistorie. Er is niet voorzien in de uitbreiding van bebouwd gebied met rode contouren. De Eemvallei is aangeduid als te ‘vernatten/flexibel peilbeheer’. Een brede strook van 10 km breedte die parallel loopt met het Randmeer wordt aangeduid als ’te ontwikkelen natuur en recreatie’. Op kaartbeeld 89 is het gebied ten noorden van Baarn en nabij Bunschoten aangeduid als gebied met grote capaciteit binnen indicatieve zoekruimte van retentiepolders en beekdalen.

De 5e Nota (concept) geeft aanzetten die moeten worden uitgewerkt in landsdelige visies en in een decentraal ruimtelijk programma.
Wij hebben gedeputeerde staten er al eens op gewezen dat er reeds een meer specifieke gebiedgerichte nota beschikbaar is waarin de beleidsrichting ten aanzien van na te streven structuren in het Eemland (Eemvallei). In samenwerking met de gemeente Amersfoort en het ministerie van LNV heeft gedeputeerde staten in 1997 opdracht verleend om een visie op te stellen voor de stadsgewestelijke groenstructuur van Amersfoort. Aanleiding daarvoor vormde de overeenkomst voor de VINEX bouwlocaties 1996, waarin is overeengekomen dat de provincie het initiatief zou nemen voor het opstellen van deze visie en daarbij de ruimtelijke ontwikkelingen vanaf 2005 te betrekken – en recreatieschappen) en pleit voor het behoud en de ontwikkeling van grote landschappelijke structuren. Deze visie genaamd ‘Visie Regionale Groenstructuur Eemland & Vallei (1997) is tot stand gekomen in samenspraak met de betrokken overheden (ministerie, gemeenten en recreatie- en waterschap) en pleit voor het behoud en de ontwikkeling van grote landschappelijke structuren. Daarin is onder andere aangegeven dat de waardevolle openheid tussen de Eemvallei en de Arkemheen (die reeds wordt aangetast door lintbebouwing en Polynorm te Bunschoten) zo veel mogelijk in stand moet blijven.

1. Uitbreiding bedrijventerrein Bunschoten Zuid in strijd met streven naar behoud openverbinding tussen de open landschappen van het Eemland en Arkemheen.

Bij de beschrijving van de kwaliteiten van het open Eemlandgebied wordt in het Ontwerp-Streekplan terecht opgemerkt dat de waardevolle relatie met het Arkemheengebied in stand moet worden gehouden (voorontwerpstreekplan p. 116 streekplan). Het gaat dan om de nog open zone tussen Bunschoten -Polynorm en de A1

De voorgenomen uitbreiding aan de zuidzijde van de kern en de bestaande bedrijfsbestemmingen met bruto 30 ha bedrijventerrein verdraagt zich daarmee echter niet, want daarmee wordt de nu nog open zone tussen Polynorm en de A1 verder aangetast!

In dat kader moet ook worden betwijfeld of een uitbreiding van die omvang gerechtvaardigd is nu zelf reeds wordt aangegeven dat daarbij de benodigde ruimte voor de verplaatsing van bedrijventerrein Zuidwenk (20ha) is inbegrepen, terwijl de haalbaarheid van de transformatie van Zuidwenk tot woningbouwlocatie binnen de streekplanperiode niet op voorhand zeker is.

2. Windturbines langs de A1 (ter hoogte van Baarn en ten westen van de afslag Bunschoten) in strijd met streven naar behoud open Eemlandschap en verantwoorde leef- en woonmilieus voor mensen en dieren.

De reservering van ruimte voor windturbines ten noorden van de A1 ter hoogte van Baarn en ten westen van de afslag Bunschoten (kaart 8.2) moet in strijd worden geacht met het beleid om te komen tot waarborging van de openheid van het Eemlandschap en het streven naar kwalitatief verantwoorde leef- en woonomgeving van mensen en vogels.

De plaatsing van windturbines heeft mogelijk tot gevolg dat dit van invloed is op de huidige grenzen van ter plaatse aanwezige stiltegebieden.

Het gebied ten noorden van de A1 wordt gekenmerkt als fourageergebied van diverse soorten vogels.

Op hemelsbreed nog geen 150 meter afstand van de geplande locatie A1 Baarn bevindt zich aan de Drakenburgerweg een woonwijk. Het gebied tussen Drakenburgerweg en A1 (Noordschil) , hemelsbreed op slechts 75 meter afstand, is aangewezen voor woningbouw en/of bedrijven. De gevolgen voor het woon- en leefmilieu zullen onaanvaardbaar zijn.

Benadeelden (bestaande bewoners aan de Drakenburgerweg) zullen zeker gebruik maken van de mogelijkheid om planschadevergoeding te vorderen. Daarmee zijn de plannen zeer waarschijnlijk economisch/financieel niet uitvoerbaar.

Conclusie
Wij zijn van mening dat de voornemens tot uitbreiding van Bunschoten-zuid met 30 ha bedrijventerrein alsmede de plaatsing van windturbines in strijd moet worden geacht met het Rijksbeleid (5e Nota concept) omdat de hierin omschreven waarden van het gebied ernstig worden verstoord. Hierin is immers ook aangegeven dat vermeden moet worden dat open gebieden door de plaatsing van windturbines virtueel omheind worden. Tevens is hierin de opdracht aan provincies verwoord om te komen tot een aanduiding van waardevolle open ruimte. Het voornemen spoort voorts niet met het provinciale interim-beleid 2001 voor windturbines waarin is aangegeven dat geen onevenredige aantasting van waardevolle open ruimten mag plaatsvinden.