De stichting ‘Behoud de Eemvallei’ is in de persoon van zijn voorzitter J. Hoogerheijde vertegenwoordigd in de adviesgroep Milieu Effect Rapportage (MER) ‘Veiligheid Zuidelijke Randmeren’. De werkgroep is samengesteld door het bestuur van het Waterschap Vallei & Eem en wordt geleid de heer Ir. P.G. Neijenhuis van de afdeling Waterkering en veiligheid.
Uit onderzoek in 2002 bleek dat de dijken verbeterd moesten worden omdat ook de Randmeren door een wijziging van de ‘Wet op de waterkering’ waren aangewezen als zogeheten ‘Buitenwater’.
Hoogerheijde heeft in de Adviesgroep zitting genomen omdat het belangrijk is voor het Behoud van de Eemvallei. Het gaat over het wel of niet verhogen van de dijken, dus ook de dijken langs de Eem. Uit een verkennende studie in 2003 bleek dat een keersluis bij de Stichtse -of Hollandsche- Brug een alternatief is. Het lijkt een aantrekkelijke optie in plaats van vele kilometers dijkverbetering. In elk geval richt alles zich op het voorkomen van hoog water op de Randmeren.
De adviesgroep gaat 4 oktober van start, vergaderd om de twee weken en zal ongeveer sept/okt 2005 met haar eindrapportage komen. In die adviesgroep nemen deel: het Ministerie van LNV, gemeenten rondom de Randmeren van Putten t/m Almere en van Baarn t/m Amersfoort, provincies Utrecht, Gelderland, Flevoland, Noord-Holland, en GLTO landbouw, de Rijksdienst Monumentenzorg, het NLTO, de Kamer van Koophandel, Staatsbosbeheer, Natuurmonumenten en vele milieuorganisaties.
De stichting ‘Behoud de Eemvallei’ hoopt een positieve bijdrage aan de besluitvorming te kunnen leveren.
Recente reacties